Door te zien bepalen we onze plek in de ons omringende wereld; we verklaren die wereld met woorden, maar woorden kunnen niets veranderen aan het feit dat we erdoor omringd zijn.
– John Berger
Begin jaren zeventig, in mijn laatste jaar op de ‘rode’ bibliotheek-academie in Tilburg, presenteerde John Berger voor de BBC een serie over kunstbeschouwing: Ways of Seeing. In het gelijknamige boek laat Berger er geen gras over groeien: de tekst van het eerste essay begint al op de cover.
De essays in Ways of Seeing (Nederlandse titel: Anders zien) zijn geen betoog maar een leerlijn, geworteld in een antikapitalistische levensvisie. Leraar E., net als Berger marxist, liet ze zijn aanstormende bibliothecaresjes van A tot Z bestuderen, en ik ben hem daar nu nog dankbaar voor – het heeft mijn denken over kunst over de eerste, hoge drempels geholpen.
In vier korte essays (de drie andere bestaan uit beelden zonder tekst) wordt uit de doeken gedaan hoe je dat doet, ‘anders zien’. Berger slaat de lezer daarbij niet met pasklare inzichten om de oren, maar geeft duwtjes en roept vragen op, die vanzelf tot nieuwe vragen leiden. Tekst en beeld reiken het materiaal aan, de lezer doet het werk. Van de schilderkunst wordt de lijn steeds doorgetrokken naar de wereld buiten de musea, en (net als bij leraar E.) is de marxistische dimensie nooit ver weg, maar ook niet zo opdringerig dat het boek voor niet-adepten onverteerbaar wordt.
Berger wijst op de verschillen tussen ‘naakt’ en ‘bloot’, vertelt hoe het zit met de waarde van een kunstwerk nu het heel simpel te vermenigvuldigen en dus niet ‘uniek’ meer is, en vat Walter Benjamins fameuze pamflet over dat onderwerp kernachtig samen, zodat je dàt niet ook nog hoeft te lezen.
Maar vooral toen ik (begin jaren zeventig) las wat hij schreef over de presentatie van vrouwen – door de kunstschilder, door de reclamemaker, en niet te vergeten door de vrouw zelf – was ik helemaal bij de les. Ineens was hier iemand die mijn half bewuste, onverwoorde, onbestemde wrevel over De Vrouw Als Lustobject erkende, aanvulde en richting gaf.
Ook de ‘plaatjesmuur’ die ontstaat in elk huis waar ik langere tijd woon of werk dank ik aan Berger, die zo’n informele, individuele muur met knipsels, reproducties en ‘vondelingen’ verkiest boven de pontificale, pseudoreligieuze ‘eredienst’ voor het kunstwerk in het museum.
Bezien met de vierkante oogjes van de volleerde beeldschermkijker van nu, die de immense ‘beeldensoep’ van het digitale tijdperk gewend is, doen Bergers essays over oude meesters, reproducties van olieverfschilderijen en het gebruik van naakt in reclameboodschappen misschien wat gedateerd aan, maar vergis je niet – er is in een halve eeuw minder veranderd dan je gemakshalve zou denken. Voor de smartphonegeneratie zou het weleens van levensbelang kunnen zijn om in de gaten te hebben hoe hun kijken wordt gestuurd, en Ways of Seeing zet ze met de neus in de goede richting.
◊◊◊
John Berger e.a., Ways of Seeing, 1972. Nederlands: Anders zien, 1974. Vert. M. Arian, W. Notenboom. De BBC-serie, ook uit 1972, staat in afleveringen op YouTube.
Het pamflet van Walter Benjamin dat Berger in Ways of Seeing zo handzaam samenvat is Das Kunstwerk im Zeitalter seiner technischen Reproduzierbarkeit uit 1936.
Het landschap is van J.W.M. Turner. Het origineel hing begin 2008 prominent op de tentoonstelling ‘British Vision’ in het MSK Gent. Ik verbaasde me toen over de zwevende pikhouweel (rechts onder het midden), en doe dat nu nog.
Prent: Thuis, plaatjesmuur, 2010. Foto © Gertrudsdottir. De muur is in 2018 leeggemaakt en wit geverfd. Over de nieuwe muurdecoratie heeft nog niemand iets gezegd.
