Op de avond dat de kinderen als door de wol geverfde handelaars de auto verkopen is de wijkzuster – alweer een andere, een Surinaamse dame dit keer – laat, veel te laat, en wrevelig omdat ze nergens kon parkeren, en als ze merkt dat ze bij ons eigenlijk niets hoeft te doen, alleen maar het logboek in hoeft te vullen, neemt haar kribbigheid nog toe.
De zieke zit moe van de lange dag op de bank te wachten tot de zuster weggaat, zodat we aan de voorbereidingen voor de nacht kunnen beginnen. Geen denken aan dat hij dat een vreemde laat doen. Dorothea, zo heet ze, krijgt mijn stoel en neemt met de zorgmap op schoot de zieke een kruisverhoor af. Ik weet dat hij erge rugpijn heeft maar hij zegt met een stalen gezicht ‘twee’ als ze naar zijn pijnscore vraagt. Ze raffelt haar vragenlijstje af.
Ik ga op de armleuning van de bank zitten. In de plooien van de deken ligt daar het overbodig geworden mapje met autopapieren, de medaille van de heilige Christoffel is eruit geschoven. Het is een familiestuk, al die jaren heeft hij in het handschoenenkastje van de auto gelegen om ons voor onheil op reis te behoeden. Ik houd hem omhoog en vraag de kinderen of ze weten wie dit is. Ze weten het niet, en ook Dorothea heeft geen idee.
En dan vertel ik het verhaal van de reus Christoffel, die ooit zijn fysieke kracht misbruikte maar tot inkeer kwam en nu mensen de rivier overzet. Op een avond, net als hij naar huis wil gaan, duikt er vanuit het niets een kind op dat overgezet wil worden. Christoffel zet het kind op zijn schouders en loopt het water in. Al na een paar stappen steekt er een storm op, de rivier wordt onrustig en het water stijgt tot zijn middel. Het kind op Christoffels schouders lijkt bij elke stap die hij zet zwaarder te worden. De overtocht vergt het uiterste van zijn krachten, en Christoffel begint voor zijn eigen leven te vrezen. Uitgeput zet hij het kind ongeschonden op de andere oever. Dan bedaart de storm, het woelige water wordt weer kalm. Het kind is verdwenen – het was Jezus die hij droeg, beladen met de zonden van de mensheid.
Bij ons in de kamer is het doodstil. Dorothea is bijna in tranen. Bij het weggaan drukt ze de zieke warm de hand en vraagt of ze voor hem mag bidden.
◊◊◊
Prent: Kerselse Beek, 2012. Foto © the Elkstar. Cara Eli, grazie per la foto.
De Kerselse Beek is een voorde die het fietspad kruist langs de Mark tussen Galder (Nederland) en Dreef (België). Fietsers kunnen hier kiezen tussen de doorwaadbare plaats en een bruggetje dat droge voeten garandeert. Bij mijn weten heb jij nooit voor het bruggetje gekozen.
Toegift:
De H. Christoffel in de Grote of Onze-Lieve-Vrouwekerk in Breda. Foto © Gertrudsdottir.