Op weg naar het einde

22 - Texel 2009-22-06

Dat koninkrijk van U, weet U wel, wordt dat nog wat?
Gerard Reve

Gerard Reve, misschien wel de knapste stilist die ik ken, kan onuitputtelijk schrijven over zichzelf, altijd aan de hand van zijn vaste thema’s liefde, God en de dood, altijd op de drempel van de lust, altijd in de greep van de drankzucht, en altijd vanuit een zwaar gemoed. Maar al zijn veel brieven regelrechte klaagzangen, en al wil hij zichzelf nogal eens herhalen, wat hij opschrijft is voer voor fijnproevers: want hoe hij het zegt is mooi, raak en hilarisch.

De unieke relatie van de Volksschrijver tot de Allerhoogste krijgt op al even unieke manier gestalte in de tegelijk gedragen en familiaire (maar nergens oneerbiedige) smeekbedes, vragen en uitroepen waarmee Reve zich keer op keer wendt tot het intrigerende opperwezen dat zich standaard in een oorverdovend zwijgen hult.

Zoals in ‘Graf te Blauwhuis’, een gedicht dat veel meer níet dan wel zegt.

Graf te Blauwhuis
voor buurvrouw H., te G.

Hij rende weg, maar ontkwam niet,
en werd getroffen, en stierf, achttien jaar oud.
Een strijdbaar opschrift roept van alles,
maar uit een bruin geëmaljeerd portret
kijkt een bedrukt en stil gezicht.
Een kind nog. Dag lieve jongen.

Gij, die koning zijt, dit en dat, wat niet al, ja ja, kom er eens om,
Gij weet waarom het is, ik niet.
Dat Koninkrijk van U, weet U wel, wordt dat nog wat?

Het staat in de sectie ‘Geestelijke liederen’ in het brievenboek Nader tot U uit 1966.

◊◊◊

Gerard Reve, Nader tot U. 1966.
Prent: Texel, 2009. Foto © Gertrudsdottir.